Ons rapport

 

 

 

Brussel voor Scholen stapt mee met klassen die de hoofdstad bezoeken.
Lees hier de verhalen.

 

Pierewaaien met... hoe heet hij ook alweer?

Een groepje zes- en zevenjarigen kijkt naar de prent die gids Kaat laat zien. Peinzende blikken, nerveus trappelende voeten, tegen lippen tikkende vingers. Hoe heet hij ook alweer? Die schilder? De schilder waar de wandeling over gaat? Zijn naam ligt op het puntje van hun tong. De opluchting is groot als hij hen uiteindelijk te binnen schiet: ‘Bruegel!’.
Lees meer >

‘Hier kreeg vannacht iemand levenslang’

Voor de trappen van het Justitiepaleis vraagt gids Marleen Piryns de vierdejaars ASO-leerlingen uit Aalst naar hun eerste indruk. ‘Groot’ en ‘machtig’ klinkt het, maar ook ‘alsof het op instorten staat’. De steigers die het monumentale pand al jaren omringen, verzwakken inderdaad de oorspronkelijke grandeur. Verder doet het gerechtsgebouw duidelijk nog altijd precies wat de architect voor ogen had: in alle opzichten imponeren.
Lees meer >

Heldhaftige kiekenfretters

Bij aankomst in Brussel weten de vierdejaarsleerlingen uit Lokeren desgevraagd al precies wat ze willen zien. Het Atomium, het Koninklijk Paleis, 'de hond', Manneken Pis en ‘Vrouwke Pis’. Of dat allemaal gaat lukken? Die laatste twee toch zeker wel, belooft gids Karen.
Lees meer >